Heel denken is hartdenken.
Hoofddenken is in stukjes denken, gefragmenteerd.
Kan je denken alles omvatten? Is je lichaam heel of deel van een geheel?
Ik beschrijf en zie alles in onderdeeltjes. Als ik alle onderdelen begrijp, als dat al kan, begrijp ik dan het geheel? Het is deze wijze die wij al van jongs af aan leren. We leren alles te ontcijferen. Ik weet nog dat ik als kind heel erg veel moeite had met de deelsommen, terwijl ik de tafels trots allemaal uit mijn hoofd kende en daar heel goed in was. Waarom niet in delen? Mijn ouders waren gescheiden en ik leefde van hen weer gescheiden en misschien was de werkelijkheid van delen mij te pijnlijk.
Zien kinderen alles nog als heel?
Het lijkt mij wel, want op school leren ze alles in stukjes. Elk onderdeel op Aarde wordt benoemd en staat los van het andere. Alles heeft een eigen kleur en geur en tegenwoordig wordt de taal aangeleerd in hakken en plakken. Dus woorden zijn ook al niet meer een geheel, maar worden in stukjes gehakt en daarna weer aan elkaar geplakt. Maar krijg je dan hetzelfde terug? Volgens mij doet dat wat in de hersenen en worden er zo al programmeringen ingebracht. Een woord kun je nog aan elkaar plakken, dus het lijkt alsof wij alles kunnen onderverdelen en weer heel maken. Maar al kennen we alles van de mens, toch kunnen we die niet zelf maken. Er is dus meer voor nodig om van onderdelen een geheel te maken. Ja, technisch kan dat. Het is deze technologische maatschappij die ons denken zo beïnvloed. Voor mij zijn deze linken heel zichtbaar, maar misschien vindt jij het een kromme gedachtegang, dat we technisch gaan denken en leven en dat, dat al heel vroeg begint dus.
Oké, vanuit mijn hoofddenken kan ik alleen maar in delen denken. Dus praten is ook altijd een deel van het geheel.
Zijn we heel of een deel van het geheel?
Het heelal is al heel, maar er zijn meer heelallen. Zijn alle heelallen bij elkaar dan een geheel?
Zolang we in ons hooddenken zitten is het oneindig. Net als de getallen. Eerst leer je de ronde getallen en als kind is een miljoen heéééééél erg veel. Als je ouder wordt ontdek je ineens dat er tussen al die hele getallen ook nog allemaal getallen liggen en nog later dat er voor de nul ook nog hele en halve getallen zitten. Oneindig veel dus. Is de nul nu het begin of zit het in het midden en brengt het balans?
Wij zeggen dat nul, niets is, maar voorbij de nul ligt weer een eindeloze getallenreeks. De nul staat niet aan het begin van onze getallenreeks, maar ligt er precies tussen in.
Als alles is ontstaan uit het niets, het nulpunt, dan moet daarvoor toch ook iets zijn?
Ons nulpunt is de oerknal of toch niet? Want als de nul in het midden van het oneindige ligt is de oerknal dus niet het begin? Of is dat het begin van deze wereld en is die dus eindig. Ons denken kan alleen maar in fragmenten denken dus zal dit ook een fragment zijn.
Liggen alle antwoorden hier op Aarde? Of liggen alle antwoorden in onszelf?
We kunnen oneindig veel vragen stellen en weten dan nog maar een fragment van alles. En elke vraag roept een nieuwe vraag op. Vullen de antwoorden een leegte op? Het antwoord geeft ons dus vervulling om daarna weer hunkerend een nieuwe vraag te stellen en zo weer een stukje leegte op te vullen. Ook al weer een never ending story. Alles is dus oneindig, maar het denken kan alleen maar de stukjes denken.
Ik weet het, ik weet het , maar ik snap het niet, ik snap het niet.
Mijn hoofd wil steeds meer weten. Hoe meer ik lees, hoe meer vragen er oprijzen en hoe meer ik ga lezen. Het houdt niet op, ik ben nooit verzadigd, wil altijd meer.
Moe en onrustig word ik ervan. Het gaat steeds sneller, meer, meer , meer. Boeken, internet, you tube, facebook, WhatsApp, bellen, mailen, tijdschriften en kranten.
Wanneer is het genoeg? Waar ik dacht hoe fijn het zou zijn veel informatie te kunnen krijgen, zit ik nu met een onbevredigd steeds maar meer monstergedachte in mij. We hebben een groot monster gecreëerd. Wie had dat gedacht?
Met ons denken creëren we dus zelf een monster. Het hoofd vol gedachten, die denkt het te weten, maar het nooit zeker weet, want het kan altijd net anders. Voor elke gedachte bestaat het tegendeel. Hier kom je nooit uit. Waarom zijn we er dan zo druk mee en nemen we het zo serieus?
Het monster creëren we dus zelf en zit in ons. Wat ontluisterend.
Worden we zo geboren. Kinderen vragen zich niet de dingen af. Ze zijn puur fysiek. Het vraagt zich niet af of het goed schreeuwt of poept of eet. Nee, ze doen het gewoon, zonder lessen. Ook dat nog. De ongeremde energie van kinderen is heerlijk. Zij kennen nog alle mogelijkheden, waar wij als volwassenen vaak op reageren dat het allemaal niet kan. Voor een kind kan alles.
Ik wil, ik verlang, ik moet, ik zal, ik ga, ik fiets, ik eet, ik zoek, ik baal, ik wil meer en meer en meer. Stop. Nee, ik wil dit niet meer.
Ook inspiratie?
Wil je delen wat deze inspiratie met je doet of zelf een inspiratie opsturen?
Dat kan naar inspiratie@vrijmenszijn.nl.